trainster
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- train·ster
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van trainen met het achtervoegsel -ster
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | trainster | trainsters |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de trainster v
- (beroep) (sport) een vrouw die sporters adviseert en begeleidt tijdens het oefenen en de wedstrijden
- Crowell moest echter al snel stoppen en haar olympische droom opgeven om als baanwielrenster naar de Olympische Spelen van Rio 2016 te gaan. De Amerikaanse ging verder als trainster van jonge wielrenners. [1]
- Op dat onderdeel eindigde ze als derde in Nieuwegein. Het NK wordt gehouden in Almelo. Haar trainster Nienke Ekelenkamp was naar eigen zeggen ‘onwijs trots op deze prestatie’. [2]
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord trainster staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "trainster" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
90 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Tubantia 26-04-2018 Amerikaanse wielrenster Crowell overleden aan kanker
- ↑ Tubantia Han Haveman 08-04-18 ‘Instapper’ Indy Meijerink van gymvereniging in Nijverdal naar NK
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be