toppen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- top·pen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
toppen |
topte |
getopt |
zwak -t | volledig |
Werkwoord
toppen
- overgankelijk een plant besnoeien door de groeitoppen te verwijderen
- De plant moet echt getopt, anders groeit hij nog door het plafond.
Vertalingen
1. een plant besnoeien door de groeitoppen te verwijderen
Zelfstandig naamwoord
de toppen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord top
- ▸ Het landschap was net een ansichtkaart, het was bijna perfect met alle witte toppen, donkere bergen en groene bossen.[1]
Gangbaarheid
- Het woord toppen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "toppen" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Deens
Uitspraak
Woordafbreking
- top·pen
Naar frequentie | 1660 |
---|
Zelfstandig naamwoord
toppen
- nominatief bepaald gemeenschappelijk geslacht enkelvoud van top
Noors
Uitspraak
Woordafbreking
- top·pen
Naar frequentie | 1387 |
---|
Zelfstandig naamwoord
toppen
- nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van topp
Nynorsk
Uitspraak
Woordafbreking
- top·pen
Zelfstandig naamwoord
toppen
- nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van topp
Zweeds
Uitspraak
Naar frequentie | 702 |
---|
Zelfstandig naamwoord
toppen
- nominatief bepaald gemeenschappelijk geslacht enkelvoud van topp
Bijvoeglijk naamwoord
toppen
Bijwoord
toppen
Tussenwerpsel
toppen