tongzoenen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: tongzoenen (hulp, bestand)
Woordafbreking
- tong·zoe·nen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van tong en zoenen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
tongzoenen |
tongzoende |
getongzoend |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
tongzoenen
- overgankelijk zoenen zodat de tongen om elkaar draaien
- ▸ Hoewel het niet donker meer was, kusten we elkaar bijna de hele tijd, vooral nadat ze me had geleerd hoe je moest tongzoenen.[1]
Synoniemen
Zelfstandig naamwoord
de tongzoenen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord tongzoen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord tongzoenen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Echte Amerikaanse jeans” (2017), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044632767