Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • toe·na·de·ring
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord toenadering toenaderingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de toenaderingv

  1. een poging om meer bevriend met iemand te worden, of minder vijandig te worden
    • Zowel Fillon als Le Pen pleiten voor toenadering tot Moskou, beiden hebben warme banden met het Kremlin. Maar Macron wil, net als deze twee, de voor het Franse bedrijfsleven pijnlijke sancties tegen Rusland opheffen – mits de akkoorden van Minsk over Oekraïne worden uitgevoerd. [3] 
Synoniemen

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen