Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • toe·knik·te

Werkwoord

vervoeging van
toeknikken

toeknikte

  1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van toeknikken
    • ... dat ik toeknikte. 
    • ... dat jij toeknikte. 
    • ... dat hij, zij, het toeknikte. 

Gangbaarheid