tijdreiziger
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- tijd·rei·zi·ger
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van tijd en reiziger
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | tijdreiziger | tijdreizigers |
verkleinwoord | tijdreizigertje | tijdreizigertjes |
Zelfstandig naamwoord
de tijdreiziger m
- iemand die door verschillende tijden reist
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord tijdreiziger staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.