Engels

Uitspraak
  • IPA:
    • (VK): /θɔːt/
    • (VS): /θɑt/
Woordafbreking
  • thought
Woordherkomst en -opbouw
  • erfwoord: Oudengels (ġe)þōht, uit West-Germaans gi-þāh-ti, verbaalabstractum bij *þankjan- ‘denken’; zie verder think.
enkelvoud meervoud
thought thoughts

Zelfstandig naamwoord

thought

  1. gedachte

Werkwoord

thought

  1. verleden tijd van think
  2. voltooid deelwoord van think