Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • te·le·ma·ni·pu·la·tor
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord telemanipulator telemanipulators
verkleinwoord telemanipulatortje telemanipulatortjes

Zelfstandig naamwoord

de telemanipulatorm

  1. lange grijparm, op afstand bediend, waarmee objecten verplaatst kunnen worden

Gangbaarheid