Nederlands

 
tabaksverkoop aan kinderen was vroeger toegestaan!
Uitspraak
Woordafbreking
  • ta·baks·ver·koop
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord tabaksverkoop tabaksverkopen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de tabaksverkoopm

  1. (economie) het tegen een geldelijke vergoeding rookwaren leveren
     De tabaksverkoop maakt een flink deel uit van de omzet van pompshops[2]
     De NSO vindt dat er serieus moet worden nagedacht over het stoppen van tabaksverkoop in supermarkten.[3]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Agressie tegen personeel tankstation om id-controles” (06-11-2014), NOS
  3.   Weblink bron “Sigaretten in winkels overal uit zicht” (23-12-2016), NOS