Frans

Uitspraak

Werkwoord

suffisant

  1. tegenwoordig deelwoord (participe présent) van suffire
  enkelvoud meervoud
  mannelijk   suffisant suffisants
  vrouwelijk   suffisante suffisantes

Bijvoeglijk naamwoord

suffisant

  1. toereikend, voldoende
    «Une note suffisante
    Een voldoende schoolcijfer.
Antoniemen