subjectivisme
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- sub·jec·ti·vis·me
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van subjectief met het achtervoegsel -isme
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | subjectivisme | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het subjectivisme o
- opzettelijke subjectiviteit
- (filosofie) wereldbeschouwing die in het subject de grondslag zoekt van alle maat en wet
Gangbaarheid
- Het woord subjectivisme staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.