stoffel
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- stof·fel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | stoffel | stoffels |
verkleinwoord | stoffeltje | stoffeltjes |
Zelfstandig naamwoord
de stoffel m
- dom, sloom, suffig, lijzig persoon
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord stoffel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "stoffel" herkend door:
79 % | van de Nederlanders; |
66 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be