Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • stijl·danst
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
stijldansen

stijldanst

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van stijldansen
    • Jij stijldanst. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van stijldansen
    • Hij stijldanst. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van stijldansen
    • Stijldanst! 
    • Over een paar seconden wordt er een of andere gigantische, te gekke taart aangesneden, roze champagne geschonken, en begint een grote brassband Sinatra te spelen terwijl iedereen stijldanst onder de sterren. [1]

Gangbaarheid

Verwijzingen