Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • stiet in
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
instoten

stiet (...) in

  1. enkelvoud verleden tijd van instoten
    • Ik stiet in. 
    • Jij stiet in. 
    • Hij, zij, het stiet in. 

Gangbaarheid