sterfhuis
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- sterf·huis
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van sterf ww en huis [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | sterfhuis | sterfhuizen |
verkleinwoord | sterfhuisje | sterfhuisjes |
Zelfstandig naamwoord
- laatste woonplaats van een overledene
- de verlieslijdende onderdelen van een concern die achterblijven na de overdracht van de gezonde
- verblijfhuis voor terminale patiënten
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord sterfhuis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "sterfhuis" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
84 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ sterfhuis op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be