stapeldoos
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: stapeldoos (hulp, bestand)
Woordafbreking
- sta·pel·doos
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van stapel en doos [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | stapeldoos | stapeldozen |
verkleinwoord | stapeldoosje | stapeldoosjes |
Zelfstandig naamwoord
- doos waarvan men er een aantal op elkaar kan stapelen
Gangbaarheid
- Het woord 'stapeldoos' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.