Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • staats·con·tro·le
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord staatscontrole staatscontroles
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de staatscontrolev / m

  1. toezicht door de landelijke overheid; overheersing door de landelijke overheid
     Tichon (Vasili Bellavin, 1865-1925), na de troonsafstand van Nicolaas ii in 1917 als patriarch van de Russisch-orthodoxe kerk gekozen, was de eerste patriarch sinds Peter de Grote deze functie in 1721 had afgeschaft en de kerk onder staatscontrole had gebracht.[2]
     Hoewel Karimov zijn ambt aanvaard had met zijn hand op de Koran, hield hij, net als voorheen de Sovjet-leiders, de godsdienst onder strakke staatscontrole. Vooral na een mislukte moordaanslag op hem in 1999 maakte hij actief jacht op moslimradicalen. Duizenden Oezbeken werden opgepakt vanwege "islamistisch extremisme".[3]
Vertalingen

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Dokter Zjivago” (1957), G.A. van Oorschot  , ISBN 9789028261396
  3.   Weblink bron “Islam Karimov regeerde Oezbekistan als een despoot” (02-09-2016), NOS