sprengden
- spreng·den
vervoeging van |
---|
sprengen |
sprengden
- meervoud verleden tijd van sprengen
- Wij sprengden.
- Jullie sprengden.
- Zij sprengden.
- Wij sprengden.
- Het woord sprengden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.