Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • split·ge·vaar
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord splitgevaar splitgevaren
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het splitgevaaro

  1. gevaar van opspattende kleine steentjes (die een ruitbreuk kunnen veroorzaken)

Gangbaarheid