Snijbonen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • snij·boon
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord snijboon snijbonen
verkleinwoord snijboontje snijboontjes

Zelfstandig naamwoord

de snijboonv / m

  1. (landbouw) ras van de plantensoort Phaseolus vulgaris   met brede platte peulen
    (wikidata: snijboon  )
  2. (groente) peulvrucht van Phaseolus vulgaris  , die gesneden worden gegeten
Hyperoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen