snelfietsroute
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- snel·fiets·rou·te
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van snel en fietsroute zn
- samenstelling van snelfiets en route zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | snelfietsroute | snelfietsroutes snelfietsrouten |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- breed fietspad met twee rijstroken dat functioneert als een veilige, snelle en hoogwaardige verbinding voor fietsers
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord snelfietsroute staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Roel Pauw“Veel fietsvriendelijke verkiezingsprogramma's in Zuid-Holland” (Donderdag 7 maart 2019), NOS
- ↑ Weblink bron “'Fietssnelwegen comfortabel maar automobilisten hebben hardnekkige gewoonte'” (Donderdag 7 maart 2019, 19:28), NOS