slaapvertrek
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- slaap·ver·trek
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | slaapvertrek | slaapvertrekken |
verkleinwoord | slaapvertrekje | slaapvertrekjes |
Zelfstandig naamwoord
het slaapvertrek o
- vertrek waarin men kan slapen
Synoniemen
Vertalingen
1. vertrek waarin men kan slapen
Gangbaarheid
- Het woord slaapvertrek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ “Anna Karenina” (1877), G.A. van Oorschot , ISBN 9789028276062
- ↑ Weblink bron “Nederlander veroordeeld tot 10 jaar cel in Engeland voor drugssmokkel” (10-07-2018), NOS