Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • skype·ge·sprek
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord skypegesprek skypegesprekken
verkleinwoord skypegesprekje skypegesprekjes

Zelfstandig naamwoord

het skypegespreko

  1. (communicatie) een telefoongesprek via het internet met de software Skype
    • Vandaag had ik een gratis skypegesprek met mijn vriendin in Australië. 

Gangbaarheid