Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • se·quoia
Woordherkomst en -opbouw
  • van Neolatijn sequoia, vermoedelijk een eponiem dat verwijst naar de Cherokee zilversmid Sequoyah   die een alfabet voor het  Cherokee zn  bedacht, hoewel de naamgever, de Oostenrijkse botanist en taalkundige S. Endlicher  , dit niet uitdrukkelijk heeft aangegeven; in de betekenis van ‘boomsoort’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1879 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord sequoia sequoia's
verkleinwoord sequoiaatje sequoiaatjes

Zelfstandig naamwoord

de sequoiav / m

  1. (coniferen) benaming voor sommige zeer grote naaldbomen
    1. benaming voor bomen uit het geslacht Sequoia   uit de familie cipressen, Cupressaceae  
      1. bepaald soort boom, Sequoia sempervirens  , de enige soort in het geslacht die niet is uitgestorven
        • De sequoia is de hoogste boom ter wereld. 
    2. (informeel) mammoetboom
    3. (informeel) watercipres
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
  • [1] sequoia ([1.1], [1.2], [1.3])
Vertalingen

Gangbaarheid

67 % van de Nederlanders;
80 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen


Spaans

enkelvoud meervoud
sequoia sequoias

Zelfstandig naamwoord

sequoia v

  1. (coniferen) sequoia