Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • sek·se
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘natuurlijk geslacht’ voor het eerst aangetroffen in 1485 [1]
  • Van Latijn sexus (geslacht). Waarschijnlijk verwant met Latijn secare (snijden, verdelen). De gedachte is dus dat een ras is verdeeld in verschillende vormen, mannelijk en vrouwelijk. [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord sekse seksen
sekses
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de seksev

  1. (seksualiteit) geslacht, het man of vrouw zijn
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van
seksen

sekse

  1. aanvoegende wijs van seksen

Gangbaarheid

94 % van de Nederlanders;
89 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen