schouwdraad
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: schouwdraad (hulp, bestand)
- IPA: /ˈsxɑuwdrat/
Woordafbreking
- schouw·draad
Woordherkomst en -opbouw
- leenvertaling van Duits Schaufaden, samenstelling van schouw en draad
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | schouwdraad | schouwdraden |
verkleinwoord | schouwdraadje | schouwdraadjes |
Zelfstandig naamwoord
de schouwdraad m
- (religie) (kleding) (Jiddisch-Hebreeuws) gevlochten en geknoopt draadje, zoals die aan elk van de vier hoeken van een joods gebedskleed horen te zitten, de tsietsiet[1]
Gangbaarheid
- Het woord 'schouwdraad' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.