Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • school·in·spec·teur
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord schoolinspecteur schoolinspecteurs
verkleinwoord schoolinspecteurtje schoolinspecteurtjes

Zelfstandig naamwoord

de schoolinspecteurm

  1. (onderwijs) (beroep) iemand die van overheidswege toezicht houdt op de kwaliteit van het onderwijs op een aantal scholen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid