Spaans

Uitspraak
Woordafbreking
  • sa·bo·re·ar
stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
saborear
saboreaba
saboreado
volledig

Werkwoord

saborear

  1. overgankelijk savoureren, goed proeven
  2. genieten van

Verwijzingen