runderhaar
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: runderhaar (hulp, bestand)
- IPA: / ˈrʏndərˌhar / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- run·der·haar
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | runderhaar | runderharen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- vezel die uit de huid van een koe of stier groeit
- De penseel heeft een natuurlijke steel en de zachte runderharen maken het verven een feestje. [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | runderhaar | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het runderhaar o
- beharing van koeien en stieren
- vezels die van de huid van een koe of stier zijn geschoren als grondstof
Gangbaarheid
- Het woord runderhaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Feenstra, J.Art Makes Sense platte runderharen penseel op website: regenboogschaap.nl; geraadpleegd 2019-06-18
- ↑ "Goed gereedschap is het halve werk" in: De Telegraaf jrg. 90 nr. 29671 (28 mei 1983); p. 53 (Woonkrant 3) kol. 6; geraadpleegd 2019-06-18
- ↑ Looy, J. vanJacob. (1930) A.W. Sijthoff, Leiden; p. 107; geraadpleegd 2019-06-18