ruimtebeslag
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ruim·te·be·slag
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van ruimte en beslag
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ruimtebeslag | ruimtebeslagen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het ruimtebeslag o
- de hoeveelheid ruimte die in gebruik wordt genomen
- ▸ Brands zag dat er elke ochtendspits bijna 4000 uur reistijd, ruimtebeslag van 2000 geparkeerde auto’s of meer dan 12 ton CO2-uitstoot te besparen valt.[1]
Gangbaarheid
- Het woord ruimtebeslag staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Openbaar vervoer dure oplossing voor klimaatproblemen” (12 october 2015), VerkeersNet