• ruim leeg
vervoeging van
leegruimen

ruim (…) leeg

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van leegruimen
    • Ik ruim leeg. 
  2. gebiedende wijs van leegruimen
    • Ruim leeg! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van leegruimen
    • Ruim je leeg?