rooflust
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- roof·lust
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van roof ww en lust
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | rooflust | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de rooflust m
- zin om te roven, roofzucht
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'rooflust' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.