Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • roe·ten
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

roeten [2]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
roeten
roette
geroet
zwak -t volledig
  1. uitstoten van roet
     In dit land roeten ‘onze’ sjoemeldiesels onbedreigd verder: Honderdduizenden oude dieselauto’s met hoge uitlaatemissies worden jaarlijks geëxporteerd naar Polen, ondanks dat het behoort tot de landen met de ergste luchtvervuiling van Europa, zo blijkt uit een nieuw rapport.[3]
  2. met talk schepen waterdicht maken
Synoniemen

Gangbaarheid

63 % van de Nederlanders;
51 % van de Vlamingen.[4]


Verwijzingen

  1. roeten op website: Etymologiebank.nl
  2. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  3.   Weblink bron
    01-12-2018
    “In dit land roeten ‘onze’ sjoemeldiesels onbedreigd verder” (Erik Kouwenhoven), Tubantia
  4.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be