rijstijl

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  rijstijl    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• rij·stijl

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  rij  en  stijl 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	rijstijl	rijstijlen
verkleinwoord	rijstijltje	rijstijltjes

Zelfstandig naamwoord

de rijstijl m

1. de manier waarop iemand (auto) rijdt

   • Door zijn extreem sportieve rijstijl kreeg hij veel verkeersboetes en ongelukken. 

Gangbaarheid

• Het woord rijstijl staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "rijstijl" herkend door:

97 %	van de Nederlanders;
97 %	van de Vlamingen.