reislust
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- reis·lust
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van reis ww en lust
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | reislust | reislusten |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de reislust m
- zin om te reizen
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord reislust staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.