regressie
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- re·gres·sie
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘teruggang’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1898 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | regressie | regressies |
verkleinwoord | regressietje | regressietjes |
Zelfstandig naamwoord
de regressie v
- achteruitgang.
- (statistiek) het schatten van de parameters van een model dusdanig dat zij een verliesfunctie zoals de som van de kwadraten van afwijkingen van de gemeten waarden in ieder punt zo klein mogelijk maken
Verwante begrippen
- [2] trend
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord regressie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "regressie" herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "regressie" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be