Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • re·geer·den mee
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
meeregeren

regeerden (…) mee

  1. meervoud verleden tijd van meeregeren
    • Wij regeerden mee. 
    • Jullie regeerden mee. 
    • Zij regeerden mee. 

Gangbaarheid