radio-cassetterecorder
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ra·dio-cas·set·te·re·cor·der
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | radio-cassetterecorder | radio-cassetterecorders |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de radio-cassetterecorder m
- (muziek) (elektronica) draagbaar toestel met een radio en een cassetterecorder
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord radio-cassetterecorder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.