Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • quiz·vraag
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord quizvraag quizvragen
verkleinwoord quizvraagje quizvraagjes

Zelfstandig naamwoord

de quizvraagv / m

  1. een vraag die tijdens een quiz wordt gesteld of gesteld kan worden

Gangbaarheid

97 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be