Spaans

Uitspraak
Woordherkomst en -opbouw
  • Ontwikkeld uit Volkslatijn putta, afgeleid van (klassiek) Latijn putus, puttus jongen, aangetroffen in alle Romaanse talen.
enkelvoud meervoud
puta putas

Zelfstandig naamwoord

puta v

  1. hoer
  2. (figuurlijk) (vulgair) onaangename vrouw

Bijvoeglijk naamwoord

puta

  1. vrouwelijk enkelvoud van puto
Uitdrukkingen en gezegden

Verwijzingen