Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • prai·rie·hoen
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord prairiehoen prairiehoenderen
prairiehoenders
verkleinwoord prairiehoendertje prairiehoendertjes

Zelfstandig naamwoord

het prairiehoeno

  1. (hoendervogels) Tympanuchus cupido   een vogel uit de familie fazantachtigen (Phasianidae). De wetenschappelijke naam van de soort is voor het eerst geldig gepubliceerd in 1758 door Linnaeus. Deze vogel is lichtbruin bevederd. De schouders bevatten zwart en bruin gekleurde apart uitstekende veertjes
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)
Verwante begrippen

Gangbaarheid

Meer informatie