Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • poos·je
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

het poosjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord poos

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be