politiehond
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: politiehond (hulp, bestand)
Woordafbreking
- po·li·tie·hond
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van politie en hond
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | politiehond | politiehonden |
verkleinwoord | politiehondje | politiehondjes |
Zelfstandig naamwoord
- een hond die door de politie wordt gebruikt voor het uitvoeren van politietaken
- De politiehond beet de inbreker in zijn been.
Synoniemen
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord politiehond staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "politiehond" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be