politiebediende
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: politiebediende (hulp, bestand)
- IPA: /poˈlisibəˌdində/
Woordafbreking
- po·li·tie·be·dien·de
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van politie en bediende
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | politiebediende | politiebedienden politiebediendes |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- (beroep) ambtenaar belast met rechtshandhaving
Opmerkingen
- Het woord is in Nederland verouderd, maar in België wel gangbaar.
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'politiebediende' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.