Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pen·si·oen·pre·mie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord pensioenpremie pensioenpremies
verkleinwoord pensioenpremietje pensioenpremietjes

Zelfstandig naamwoord

de pensioenpremiev

  1. (economie) premie die de werknemer en/of de werkgever betaalt voor de pensioenvoorziening van de werknemer

Meer informatie

Gangbaarheid