Nederlands

 
pengat
Uitspraak
Woordafbreking
  • pen·gat
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord pengat pengaten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het pengato

  1. (bouwkunde) gat waar een houten pen in gestopt kan worden als deel van een pen-gat-verbinding
Vertalingen

Gangbaarheid

66 % van de Nederlanders;
47 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen