pauwenveer

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pau·wen·veer
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord pauwenveer pauwenveren
verkleinwoord pauwenveertje pauwenveertjes

Zelfstandig naamwoord

de pauwenveerv / m

  1. veer van een pauw (met het karakteristieke oog aan het uiteinde van de veer)
  2. stuk vuurwerk dat daarop lijkt

Meer informatie

Gangbaarheid

Verwijzingen