partijfunctionaris

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • par·tij·func·ti·o·na·ris
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord partijfunctionaris partijfunctionarissen
verkleinwoord partijfunctionarisje partijfunctionarisjes

Zelfstandig naamwoord

de partijfunctionarism

  1. (beroep) (politiek) iemand die is aangewezen om een bepaalde taak in dienst van een politieke groepering te vervullen
    Vooral gebruikt in situaties waar één partij overheersend is: het is zondermeer duidelijk welke partij wordt bedoeld en dat met deze persoon rekening moet worden gehouden.
     Of ik op de Europa-boulevard in Horgos de borders met rode en gele tulpen heb gezien, vraagt de communist die gekleed is in het bewust sobere tenue de ville (zwart jack, wit overhemd, zwarte broek) van een hoog geplaatste partijfunctionaris.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    Oscar Garschagen
    “Alle wegen leiden naar Peking” (=12 mei 2017) op nrc.nl