parallelschakeling

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pa·ral·lel·scha·ke·ling
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord parallelschakeling parallelschakelingen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de parallelschakelingv

  1. (elektrotechniek), (elektronica) schakeling van elektrische componenten die vertrekken op gezamenlijke geleider en samenkomen op een gezamenlijke geleider
Verwante begrippen
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid