paintballt
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: paintballt (hulp, bestand)
Woordafbreking
- paint·ballt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
paintballen |
paintballt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van paintballen
- Jij paintballt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van paintballen
- Hij paintballt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van paintballen
- Paintballt!